MARK T - BLUES @ ZERO

Artiest info
Website
facebook
label: Circle Of Sound

Het zou bijzonder jammer zijn, mocht een magazine als het onze, niet eerder toegekomen zijn aan een situering van een muzikant als Mark Turauskis, alias Mark T, die al drie decennia lang aan de weg timmert in een niche op de grens van de blues, de folk en wat we wereldmuziek noemen. Gelukkig mag ik u, voor een behoorlijk volledig carrière-overzicht van de man, doorverwijzen naar wat collega Erik Schuurmans schreef naar aanleiding van het verschijnen van “From Blues to Rembetika”, toen de tiende plaat van deze veteraan uit de Engelse roots-scene.

Vandaag is er dus nummer elf en eigenlijk is de formule niet zo gek veel veranderd: de veertien songs van deze plaat zijn deels eigen werk, deels covers, deels blues, deels folk, deels global en vooral: bijeen opgeteld, geven ze een zeer aardig beeld van wat deze veteraan van vele muziekoorlogen allemaal in zijn muzikale bagage heeft zitten. Zowat de helft van de nummers zijn zogeheten “tunes”, oftewel instrumentals. Om met die laatste soort te beginnen: “Svornato Horo” is er zo eentje, me origine in Bulgarije en hier op bouzouki gespeeld, maar eigenlijk geleend van doedelzakspeler Stefan Zahmanov. Mij zou het niet verbazen als de Topics-LP uit de jaren ’80 hier de plaat was, waarop Mark T. kennis maakte met deze tune, maar hoe dan ook, samen met de darabuka-begeleiding van Iqbal Pathan, is dit een heerlijke dans, die echter wellicht een tikkeltje lastig aan te leren door de doorsnee Westerse voetjes.

Dezelfde Iqban Pathan is van de partij op “Jasmine Green”, maar deze keer op tablas, terwijl Mark laat horen wat hij vermag op National, lap steel, bouzouki en piano en dat is heel wat, zoals blijkt. Op “Tommy Billie’s for Alec Finn” en die Alec Finn was de mede-oprichter en bouzouki-speler van de legendarische groep De Dannan, de band waarbij zangeressen Dolores Keane, Mary Black en Maura O’Connell hun eerste stapjes richting bekendheid zetten. Alec overleed in de loop van vorig jaar en deze versie van de traditional die ook bij De Dannan op het repertoire stond, is een eerbetoon aan de man die bepalend was voor de klank van een flink deel van de Britse folk van de jaren ’60, ’70 en ’80 van vorige eeuw.

Helemaal richting rembetika gaat het met “Zeibekikos Dance” van Kostas Papadopoulos, zowat de norm inzake rembetika en bouzouki en meer dan geregeld terug te vinden in de omgeving van Mikis Theodorakis. Waarmee dus maar gezegd wil zijn dat Mark T. zijn klassiekers kent. Dat blijkt ook uit “Lucy Farr’s Reel”, een eerbetoon aan de wat onderschatte traditionaliste van de Britse folk. Mark speelde geregeld met haar samen en bewijst hier, met de geweldige inbreng van Paul Hancock’s fluitspel, dat hij haar niet vergeten is. Aan de liederenkant van de plaat, springen vooral de grondig herwerkte versies van “That’s Alright Mama” en “St. James’ Infirmary” in het oog. Zangeres Fran Wood en percussionist Mysterious Bob op, twee oudgedienden waarmee Mark T. ooit in The Rootdogs zat, wat, naast The Brickbats, de voornaamste bands waren waarmee de man op de planken stond, al zijn de formules en verschijningsvormen niet of nauwelijks te tellen.

Hoe het ook zij: hoewel zijn naam misschien niet de meest bekenden is uit de Britse Folk, tot op vandaag bewijst Mark dat hij wel bij zowat elke belangrijke beweging betrokken was. Dat hij daarnaast zijn smaak verbreed heeft tot de Oriëntaalse en Amerikaanse bluesvormen, geeft zijn werk nog meer allure dat het voordien al had. Deze plaat is een nieuw bewijs van zijn veelzijdigheid en van zijn intrinsieke waarde als componist, arrangeur en performer. Mark T. is zo’n beetje het prototype van de artiest die je, als programmator van een festival, een soort vrijkaart kunt geven om een hele dag te vullen met artiesten van zijn keuze. Mogen iemand hier bij ons op dat aanlokkelijke idee komen!

(Dani Heyvaert)